Jaren geleden hebben we een paar glanzende kastanjes in de grond van de kas geplant. Een tiental kleine boompjes, die daaruit tevoorschijn kwamen, zijn overgezet in verschillende bloempotten en in de afgelopen jaren hebben ze één voor één hun plek in de tuin gekregen. De laatsten zijn afgelopen najaar in de Worteltuin geplant. Wat begon als tien vrijwel gelijke kastanjes zijn nu heel verschillende bomen. De kleinste is een iel boompje van nog geen meter. De grootste torent hoog boven me uit en begint al een forse stam te krijgen. Allemaal weten ze dat het nu lente is en hun grote plakkerige knoppen barsten groots en sierlijk open.

De grootte van de verschillende bomen heeft alles te maken met de groeiruimte die ze in de afgelopen jaren hebben gehad. Die groeiruimte hing af van de bloempot waarin ze stonden en het moment dat ze de overstap maakten naar de onbegrensde mogelijkheden van de volle grond. Je kunt aan de grotere bomen zien dat ze weten hoe groot en groots ze uiteindelijk gaan worden.

Over de groeiruimte van deze bomen hebben wij als tuinbeheerders de regie gehad. Mijn eigen groeiruimte heb ik vaak als een ongrijpbaar iets ervaren. Alsof van buitenaf werd bepaald hoe groot de pot was waarin ik mocht wortelen. Meer en meer ga ik ervaren hoe ik ooit zelf in die te kleine pot ben gestapt en nu ook zelf de regie heb om meer groeiruimte op te zoeken. Ergens van binnen weet jij net als de kastanjeboom hoe groot en groots je uiteindelijk kunt worden!